Zelfzorg en Covid-19

Ik zet vaak mijn handtekening onder de campagnes van Avaaz. Ook in tijden van Corona roert Avaaz zich. Maar dit keer was ik kritisch. Ze vroegen deze keer aandacht voor het feit dat wij ‘onze medemenselijkheid hebben teruggevonden’. Hoewel ik mij afvraag of wij die echt kwijt waren, moest ik ook erg fronsen bij één van de ‘mooiste verhalen’ die zij geselecteerd hadden voor hun bericht. Zorg voor anderen is prachtig en nodig, maar hoe ver gaat dat?

Een van de foto’s die Avaaz plaatste bij het bericht “Er gebeurt iets moois”.

De foto waar mijn blik bleef hangen is die van een met naam en toenaam genoemde verpleegkundige uit Milaan. Ik wil haar naam niet overnemen; het gaat mij niet om haar als persoon[1], ik ken de hele context van de foto niet, en wil daar graag zuiver mee omgaan. Maar haar foto is blijkbaar al in de publiciteit geweest. We zien deze verpleegkundige met mondkapje, haarnetje en beschermende kleding in slaap gevallen voor een toetsenbord met haar voorhoofd op een handdoek. Boodschap is dat deze verpleegkundige het uiterste geeft van haar kunnen. Tot zij er bij neervalt. Letterlijk. Avaaz is trots dat zij haar leven op het spel zet voor dat van anderen. Dat is letterlijk wat zij schrijft onder het bericht. 

Ik denk meteen: is dát waar wij trots op moeten zijn? Dat zij haar leven geeft voor anderen? Is dat waarom zovelen staan te klappen voor de zorgmedewerkers? De emotie die zich van mij meester maakt, is er één van zorg. Heeft deze vrouw geen familie? Hoe is het met haar kinderen thuis? Wil zij werkelijk haar leven geven voor anderen? Hoe gezond is het om dat te doen? Wat ik vrees dat ik zie, is een vrouw die haar eigen grenzen niet kent, of niet respecteert. Ik ben bang dat ik een vrouw zie die gevangen zit in een systeem waarin zij er niet voor kán kiezen naar huis te gaan en goed te slapen. Ik meen een vrouw te zien die niet goed voor zichzelf zorgt.

Ik denk dat wij in een samenleving leven waarin wij niet worden gestimuleerd voor onszelf te zorgen, en onze behoeften serieus te nemen. Ons wordt geleerd productief te zijn tot wij erbij neervallen. Wij moeten hard werken en ons best doen. Wij moeten in de pas lopen. En ons laten vaccineren zodra dat kan. Wij moeten vechten tegen de dood. En alles doen om die zo lang mogelijk uit te stellen. Wij moeten een gevecht leveren dat wij niet kunnen winnen, maar wij mogen daar niet bij stilstaan. In zo’n systeem kun je gevangen raken. Als deze vrouw naar huis gaat om te slapen, zal zij het gevoel hebben dat zij haar collega’s in de steek laat en haar patiënten in de steek laat. Dat is wat haar is geleerd. Nu laat zij zichzelf in de steek. En misschien wel haar gezin, en haar geliefden in eerste kring. 

Want wat gebeurt er met een mens die zichzelf niet in acht neemt? Die raakt vatbaar voor ziekten, ziekten als Covid-19, wat vooral mensen raakt met een verzwakt immuunsysteem. Maar ook kanker en burnout worden in relatie gebracht met een ongezonde leefstijl. Niet voor niets is burn-out een verschijnsel van deze tijd. Kenmerk van burnout is iemand die zijn eigen gevoelens niet meer herkent, erkent en daar naar handelt. Pas als je ziek bent, en écht niet meer kunt, kun je stoppen. Wanneer wij ons lichaam veronachtzamen, onvoldoende stilte betrachten, geen tijd nemen voor herstel, verzwakt ons immuunsysteem. Er zijn inmiddels voldoende onderzoeken die de bewijzen daarvoor hebben geleverd[2]. Maar er wordt weinig naar gehandeld. Berichten zoals deze van Avaaz, moedigen indirect mensen aan zichzelf te ondermijnen. Dán ben je een held. Maar is deze vrouw dan een held? Zij zet haar eigen gezondheid op het spel, zal vatbaarder worden voor Covid-19 en zal dan ook geen medemens meer kunnen helpen. In mijn optiek wordt deze vrouw aangemoedigd zichzelf in de steek te laten. 

Wat dan? Wat is er dan nodig? Wat als zij wel haar grenzen aangeeft? Om te beginnen zullen we moeten erkennen dat het leven eindig is, niet oneindig maakbaar is, grenzen kent, en dat pijn dus onvermijdelijk is. Ik hoor gelukkig steeds vaker dat het belangrijk is dat we als maatschappij een andere verhouding tot de dood gaan krijgen. De dood is nu een zo lang mogelijk te vermijden en liefst zo pijnloos mogelijk kwaad. We zouden de dood kunnen gaan benaderen als een finale, waarin het leven overzien wordt, zaken afgerond kunnen worden en betekenis kunnen krijgen. Zodat verzoening met de dood kan ontstaan. Dat is geen grote utopie. Een ieder zal verhalen kennen van mensen die in vrede zijn gestorven, omdat zij bewust met hun dood zijn omgegaan. Maar iemand die volgens protocol en in alle haast naar een ic wordt gebracht, zal die gelegenheid in veel gevallen zijn ontnomen voor hij daar erg in heeft. 

Zelfzorg betekent dus dat je moet erkennen dat je het leven van anderen niet altijd kunt redden. Dat is verdrietig. Het lijden van de ander raakt ons in ons eigen lijden. Maar verdriet hebben is niet slecht. We zullen een andere verhouding moeten krijgen tot emotie. Het zal nodig zijn emotie toe te laten. Iedereen weet hoe opluchtend een goede huilbui kan zijn[3]. Emotie betekent in de kern beweging. Het leven is voortdurend in beweging. Het systeem waarin we leven is statisch geworden en belemmert ons in onze beweging. Door emotie toe te laten, zullen we het oude kunnen loslaten en kunnen meebewegen met wat de toekomst van ons vraagt. 

Zelfzorg heeft voor velen, niet zelden zorgmedewerkers, als voorwaarde de erkenning dat je niet verantwoordelijk bent voor het leven van anderen. Pas als je jezelf ontslaat van dat verantwoordelijkheidsgevoel, kun je echt voor jezelf gaan zorgen. Dit gevoel van verantwoordelijkheid kan je tot het uiterste drijven. En als het dan niet lukt met al je inspanningen en je moet je meerdere erkennen in het leven (of de dood), zal dat voelen als falen. Maar hoe reëel is dat? Hoe hoogmoedig kun je zijn om te denken dat je boven het leven staat, en verantwoordelijk bent voor het leven van anderen? Toch mag je jezelf dit gevoel niet kwalijk nemen. Het vraagt compassie. Het gevoel van verantwoordelijkheid geeft je een gevoel van controle. Je doet er iets aan, en met dat handelend optreden kun je het gevoel van onmacht vermijden. Precies dat is de reden waarom stilte voor velen zo beangstigend is: als je stil wordt kun je gaan voelen. En als je gewend bent gevoelens weg te stoppen, wordt stilte dus heel ongemakkelijk. Ook hier is de uitnodiging een andere verhouding met je emotie, en een durf tot voelen en loslaten, of vrijlaten. 

En zelfzorg vraagt nog zoveel meer: je grenzen te respecteren, gezonde voeding, voldoende beweging, frisse lucht, fysiek en sociaal contact in veiligheid. En juist dat zijn zaken die onderbelicht zijn en vaak zelfs in het geding zijn in deze tijd van quarantaine en het zogenaamde ‘nieuwe normaal’ van een 1,5 meter samenleving. Ik beschouw dit nieuwe normaal als schadelijk voor de gezondheid. Liever spreek ik van een ‘tijdelijk abnormaal’. 

Terug naar Avaaz. Ik ben ook blij met die medemenselijkheid. Maar laat het een medemenselijkheid zijn vanuit zelf gekozen vrijheid en gezondheid. En niet één die gezondheid ondermijnt.  


[1] Ik werk ook wel eens tot vermoeiens toe, maar ben daar dan niet trots op. 

[2] Zie bijvoorbeeld hoofdstuk 8 van het boek: ‘Wat stilte met je hersenen doet’ van Michel Le Van Quyen.

[3] En het gevoel dat je niet meer kunt stoppen als je je verdriet toelaat, geeft slechts aan hoeveel je al aan verdriet hebt opgebouwd. Als je dat gevoel herkent, zoek dan hulp bij een professional. 


Systemische coaching – een casus

Is er wel een plek voor mij? En waar zit de ruimte voor beweging in deze organisatie? Met die vragen kwam mijn coachee bij mij voor systemische coaching. Gesterkt met inzicht, bevestiging (“ik ben dus niet gek”) en voorgenomen acties is ze na anderhalf uur weer op weg gegaan.

Wat gebeurde er in de tussentijd?
Systemische coaching kent verschillende mogelijke werkwijzen. In dit geval hebben wij een tafelopstelling gedaan, Lees “Systemische coaching – een casus” verder

Bos en Balkenende, Kramer en Kemkers, en de balans van geven en nemen

schaatsersDe ene week is er het debakel Bos Balkenende, de volgende week het drama Kramer Kemkers. En ondertussen las ik in Het Verbindende Veld (Jan Jacob Stam – over organisatieopstellingen in de praktijk) een stuk over geven en nemen: “Als na een transactie de balans tussen geven en nemen in evenwicht is, zijn beide partijen weer vrij.” Ziehier het verschil tussen dubbel B en dubbel K.

Kemkers en Kramer zijn vrij, alweer de volgende dag. Geen zwartepieten.  Hoe deden ze dat? Op het – in Sven’s eigen woorden – belangrijkste moment van zijn leven maakte zijn coach Kemkers een kapitale fout. Lees “Bos en Balkenende, Kramer en Kemkers, en de balans van geven en nemen” verder