Het paradijsspel en de vrije school

Mijn kinderen zitten op de vrije school in Haarlem-Noord. Een prima school. Promotie-onderzoek (van Hilde Steenbergen) heeft aangetoond dat Vrije school-leerlingen milder zijn en autonomer, en meer geneigd anderen te helpen. Ze zijn ook gemotiveerder om te leren, kunnen beter plannen, en hebben een betere relatie met hun docent. Verder zijn ze er meer van overtuigd dat ze het goed doen op school. Daarbij neem ik graag voor lief dat ze misschien iets minder goed zijn in rekenen.

granaatappelMaar de Vrije School heeft ook tradities en één daarvan is het opvoeren van het zogeheten Paradijsspel. Dat is simpel gezegd het opvoeren het gedeelte uit het bijbelboek Genesis, waar in Eva en Adam van de appel eten, en zij en de duivel door God het paradijs uitgestuurd worden. Niet meer van deze tijd… Zie hieronder een artikel dat ik schreef voor de schoolkrant.

Het paradijs.
Ken je die momenten van geluk, waarin je voelt hoe mooi de aarde is? Dat je naar je eigen kinderen kijkt, en overweldigd wordt door hun schoonheid? Of geniet van de regendruppels op je gezicht, terwijl je naar school racet om nog op tijd te zijn? Voor mij zijn dat de momenten dat ik voel, dat het paradijs hier en nu is. Als ik het maar wil zien…

Als ik me open voor de schoonheid van het leven, dan opent het hele universum zich en zie ik dat het er allemaal al is. Al te vaak zijn mijn ogen gesloten en ben ik blind: ik race naar school om nog op tijd te zijn, terwijl ik mij irriteer aan de zweetdruppels op mijn rug. En soms weet ik mij geen raad met de levendigheid van mijn kinderen, als ik even rustig thuis wat werk wil doen. Heeft God mij dan uit het paradijs gestuurd? Of heb ik mij laten sturen?

Dit nu, is het probleem dat ik al enige tijd heb met het Paradijsspel, zoals dat op de Vrije School wordt vertoond. Wat ik mijn kinderen wil leren, is dat het Paradijs hier en nu is: in dit leven. Open je ogen en kijk om je heen. Er is niemand die jou het paradijs uit jaagt, behalve jezelf. God wil niets liever dan dat je je ogen opent, om je heen kijkt en straalt.

Het klopt: in den beginne lig je daar als baby in je wieg en is er niets dan heelheid: paradijs. Maar terwijl je leven vordert, ontwikkel je een bewustzijn als deel van je mens-zijn. Je eet een appel en ziet om je heen. Je krijgt een besef van goed en van kwaad. En dat is logisch, want de dualiteit maakt dat er sprake kan zijn van een schepping, van een materiële wereld. Het probleem is dat we gaan geloven dat die dualiteit de werkelijkheid is, terwijl de echte werkelijkheid de eenheid is.

Toen mijn dochter Rosa in de eerste klas haar eerste rekenles had gehad van Meester Jack, vertelde ze thuis wat ze had geleerd: “Papa, weet je wel dat één het allerhoogste getal is.” En ik wist dat dit de reden was dat mijn kinderen op de Vrije School zitten. Nog steeds ben ik daar ontzettend blij mee. Maar… dat Paradijsspel.

Inderdaad, één is het allerhoogste getal; als je je ogen opent, is de eenheid overal zichtbaar. Maar wat je dan niet moet doen is de duivel het paradijs uitjagen, zoals het Paradijsspel ons toont. Want daarmee verjaag je ook de eenheid. Het is de dertiende fee, die niet mag komen op je feestje; en wat gebeurt er? Zij laat het er niet bij zitten en richt kwaad aan. Ze komt terug en slaat toe op een onbewaakt ogenblik. Je wilt ontkomen, doet er alles aan dat je je niet prikt. Maar aan de eenheid valt niet te ontkomen. Hoe meer genot je verzamelt, terwijl je het donkere uitsnijdt en ontwijkt, hoe harder het bij je terugkomt.

In het Paradijsspel worden Adam en Eva afgeschilderd als slachtoffer. Slachtoffer van God, van het bezitten van kennis, of van de slang of de duivel, of zo je wilt van zichzelf. Het gevoel slachtoffer te zijn maakt onmachtig, willoos en zinloos. Dat wil ik mijn kinderen niet meegeven. Ik wil mijn kinderen leren hoe je omgaat met dingen die niet leuk zijn. Ik wil ze leren om het kwade in de ogen te kijken, zich ertoe te verhouden, en verantwoordelijkheid te nemen. En dat kunnen kinderen beter dan wij geneigd zijn te geloven. Sterker nog, het geeft ze kracht, en helpt ze bij hun ontwikkeling om op een volwassen manier in het leven te staan. Zoals Hans Korteweg dat zo mooi zegt: “Niet ons lot bepaalt ons leven, maar ons antwoord op het Lot”

Misschien bedoelt het Paradijsspel te tonen in wat voor schuitje we zitten. Misschien is het een symbolische weergave van de onwetendheid van de mens, die zich laat verleiden, als slachtoffer het paradijs laat uitsturen en als een bangerik de duivel tracht verre van zich te houden. En dan is deze weergave zonder meer treffend. Maar didactisch mogen we dan nog wel eens goed nadenken. Snappen de kinderen dat we nu juist níet willen dat ze zo in het leven staan? Ikzelf vertel dat mijn kinderen thuis in elk geval luid en duidelijk!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *