Je moet het maar loslaten.” Wie heeft nooit dit advies te horen gekregen? En hoe klonk dat? Waarschijnlijk als een loze kreet. Om er maar vanaf te zijn, en over te gaan naar het volgende onderwerp. Maar alleen die boodschap te horen, is als een kind met badwater en al weggooien.
Waarlijk loslaten getuigt van wijsheid. Daar heeft Nelson Mandela veel over geschreven in zijn biografie: Long walk to freedom.
Loslaten betekent niet dat het me niet meer uitmaakt,
het betekent dat ik het niet voor iemand anders kan doen.
Loslaten betekent niet mezelf afsluiten,
het is het bezef dat ik een ander niet kan beheersen.
Loslaten betekent machteloosheid toegeven,
wat betekent dat ik het resultaat niet in handen heb.
Loslaten betekent niet in het middelpunt staan en alles beheersen,
maar anderen hun eigen weg laten gaan
Loslaten betekent niet treiteren, schelden of ruzie maken,
maar zoeken naar eigen tekortkomingen en die verbeteren.
Loslaten betekent niet alles naar eigen hand zetten,
maar elke dag nemen zoals hij komt.
Loslaten is niet spijt hebben van het verleden,
maar er door groeien en leven in het hier en nu.
Loslaten betekent niet oordelen, maar de ander toestaan mens te zijn.
Loslaten betekent niet ontkennen, maar accepteren.
Loslaten betekent niet zorgen voor, naar geven om.
Loslaten betekent minder vrezen en meer beminnen.
Uit Mandela’s tekst blijkt wel, dat loslaten geen kwestie is van vergeten of doen alsof er niets gebeurd is. Het is niet een makkelijke manier om over te gaan tot de orde van de dag. Het is geen kwestie van accepteren en doorgaan. Loslaten is een actieve daad en geen passieve daad.
Toen mijn goede vriendin en collega Hilde mij deze tekst liet lezen, moest ik meteen denken aan een paar deelnemers in mijn trainingsgroep geruime tijd geleden. Zij namen deel aan een opleiding tot coach. Terwijl zij dachten dat zij loslieten, bleven zij hun emotie wegstoppen en ontkennen dat het delen van hun emotie van belang was voor het groepsproces. Als persoon congruent zijn, is een vereiste als coach. Hoe wil je immers je cliënt hierin begeleiden als de omgang met je eigen emoties niet veilig voor je is? Terwijl veel groepsleden de emoties van deze deelnemers ervaarden, bleven zij vasthouden, en het belang van openheid ontkennen. En alles wat ik als groepsleider kon doen, was loslaten, hooguit benoemen van wat ik zie.
Als loslaten is, niet meer vasthouden, dan betekent dat erkenning geven aan het gevoel dat er is. Al wat mijn trainingsdeelnemers te doen stond, was de groep deelgenoot maken van hun gevoelens. Maar dat betekende erkenning van emotie, pijn, twijfel, ruimte innemen, en aandacht ontvangen. En soms is de onbewuste overtuiging dat we daar niet mee om kunnen gaan, sterker dan de notie van het belang om los te laten, en te voelen wat er gevoeld moet worden.
Hoe maak je iemand wijs dat het hem niet dient om langer vast te houden? Er zijn twee manieren: van buitenaf de druk verhogen en van binnenuit het verlangen voeden. Het verlangen voed je niet door duwen en trekken, maar alweer door los te laten, uit te nodigen en compassievol te erkennen dat diegene zo ver nog niet is. Op die manier toon je je aanwezigheid en vergroot je de veiligheid voor de ander.
De druk verhogen verhoogt vaak ook de weerstand en kan dus averechts werken. Maar iemand te doen inzien wat de gevolgen zijn van het eigen gedrag kan niettemin een breekpunt zijn. Zoals een roker die uiteindelijk kan stoppen als blijkt dat hij longkanker heeft, en een hardrijder stopt met rijden als hij een ongeluk heeft veroorzaakt. In geval van een opleiding tot coach is het mijn verantwoordelijkheid de ander erop te wijzen dat een congruente houding noodzaak is om te kunnen slagen in het beroep van coach.
Vroeg of laat, zal een mens ervaren, wat hij ervaren moet. Dat is mijn stellige overtuiging. In alle gevallen is moed nodig. Maar waar moedige daden toe kunnen leiden, dat hebben velen ons al voorgedaan, waaronder de wijze Mandela.